• Home |
  • Kennis |
  • Duurzaamheid in bestemmingsplannen: gasloos bouwen en hittestress

Duurzaamheid in bestemmingsplannen: gasloos bouwen en hittestress

duurzaamheid hittestress

Langzaam maar zeker begint duurzaamheid verder door te dringen in de uitspraken van de Raad van State. In bredere zin dan de inmiddels ‘vaste gasten’ zoals windturbines en zonneparken. In deze blog stip ik opnieuw twee recente uitspraken aan waarin gasloos bouwen en hittestress in geding zijn.

Zijn dit risico’s voor bestemmingsplannen? Het antwoord is: ‘JA’, als je niet goed bent voorbereid. ‘NEE’, als je goed en tijdig duurzaamheid in je plannen en beleid hebt opgenomen.

In deze blog behandel ik eerst het gasloos bouwen en daarna hittestress.

Nieuwbouwwijken en gasloos bouwen

De gemeente Noordenveld heeft een uitwerkingsplan voor zeventig woningen vastgesteld en meteen ook (gecoördineerd) een omgevingsvergunning voor zes woningen verleend. Twee plaatselijke natuurverenigingen voeren tegen het plan en de vergunning aan dat de woningen ten onrechte nog gewoon op het gasnet mogen worden aangesloten. Zij haken hiermee aan op het verplicht gasloos bouwen dat sinds 1 juli 2018 wet is geworden.

In de uitspraak van 24 april 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1272) wijst de Raad van State deze beroepsgrond af. Onder verwijzing naar het overgangsrecht van de wijziging van de Gaswet waarbij het verbod op het aansluiten van nieuwe woningen op het gasnet in werking is getreden, overweegt de Raad van State dat de omgevingsvergunning voor de zes woningen al op 25 april 2018 is aangevraagd, dus ruim vóór 1 juli 2018 de datum van inwerkingtreding van het verplicht gasloos bouwen. Hierdoor kan het gasloos bouwen bij deze vergunning nog niet worden afgedwongen.

Wanneer verplicht gasloos bouwen?

Zoals in mijn blog ‘Gasloos bouwen: risico voor bestemmingsplannen? (deel 2)‘ over een uitspraak van 17 april 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1257) al genoemd, is doorslaggevend voor het verplicht gasloos bouwen van nieuwe woningen of een aanvraag voor een bouwvergunning voor of na 1 juli 2018 is ingediend. Bij aanvragen van na 1 juli 2018 moet gasloos worden gebouwd. Alleen onder strenge voorwaarden kan een gemeente op de plicht tot gasloos bouwen nog wel een uitzondering maken. Zie hierover mijn eerdere blogs (o.a. ‘Vervroegd gasloos bouwen‘ en ‘Gebiedsaanwijzingen voor uitzonderingen op gasloos bouwen‘).

De uitspraak van 24 april 2019 is de derde uitspraak van de Raad van State waarin gasloos bouwen aan de orde is en ook de derde keer dat blijkt dat gasloos bouwen in bestemmingsplannen nog geen belangrijke rol speelt. In de (eerste) uitspraak van 15 augustus 2018 (ECLI:NL:RVS:2018:2731) oordeelde de Raad van State al dat extra ruimtebeslag als gevolg van gasloos bouwen met onder meer bijhorende infrastructuurvoorzieningen en extra buitenruimtes voor warmtepompinstallaties beperkt van omvang is en al snel binnen de bouwmogelijkheden van het bestemmingsplan past. Zie hierover ook mijn eerste blog ‘Gasloos bouwen: risico voor bestemmingsplannen?‘.

Bestemmingsplannen en omgevingsplannen

De wettelijke grondslag voor gasloos bouwen in bestemmingsplannen ligt in de Gaswet, maar desondanks zal aandacht moet bestaan voor de ruimtelijke gevolgen van gasloos bouwen vanwege bijvoorbeeld extra ruimtebeslag die voor elke  gasloze woning nodig zal zijn. Met een blik op de (nabije) toekomst van de Omgevingswet en in de aanloopperiode, zal in omgevingsplannen voor het (verplicht?!)  gasloos bouwen voor bestaande woningen een meer prominente regeling nodig zijn. Zie een volgend blog over gebiedsaanwijzingsbesluiten in ‘proeftuingemeenten’ voor de transitie naar een gasloze gebouwde omgeving.

Klimaatadaptatie in bestemmingsplannen: hittestress

Hittestress is een nieuw fenomeen als gevolg van klimaatverandering, waarbij gedurende onze steeds warmere zomers op bepaalde plekken in versteend bebouwd gebied zodanig ‘verhitte’ situaties ontstaan dat dit nadelig is voor de gezondheid van de (oudere) mens. In bestemmingsplannen kunnen maatregelen worden  genomen die hittestress tegengaan of voorkomen zoals bouwen onder de voorwaarde dat ook extra bomen en ander groen worden geplant.

Klimaatadaptatie in bestemmingsplannen

Hittestress is een van de vier benoemde effecten (naast droogte, wateroverlast en waterveiligheid) van de klimaatverandering waarvoor de overheid klimaatadaptatiemaatregelen heeft benoemd (in de Nationale Klimaatadaptatie Strategie (NAS)). In mijn blog ‘Klimaatadaptatie in bestemmingsplannen: 4 aandachtspunten‘ schreef ik al dat klimaatadaptatie een plaats verdient in bestemmingsplannen. Daarin schreef ik ook over stresstests die in alle gemeenten (moeten) worden gedaan om de gevolgen van klimaatverandering plaatselijk in beeld te brengen, waarna gemeenten de uitkomsten van de stresstests in hun klimaatadaptatiebeleid (uiterlijk 2021) moeten opnemen.

Hittestress als nieuwe beroepsgrond

Die stresstests zullen openbaar gemaakt worden en in bestemmingsplanprocedures kunnen worden gebruikt door bezorgde bewoners die de gevolgen van extreme weersomstandigheden zoals wateroverlast of hittestress vrezen. In mijn artikel ‘Klimaatadaptatie in bestemmingsplannen, tijd voor actie!‘ (Gst. 2018/176) constateerde ik dat er nog niet veel uitspraken over klimaatadaptatie zijn, maar dat dit zal toenemen als de stresstests op de gemeentelijke websites beschikbaar zullen worden (en extreme weersituaties zich steeds vaker blijven voordoen).

Overigens is klimaatadaptatie in de vorm van het tegengaan van wateroverlast door voldoende waterbergingsmogelijkheden in het plangebied (watertoets) al vele jaren een bekend fenomeen in bestemmingsplannen.

Hittestress in Arnhem?

Ja! In dit geval was het plangebied in gemeentelijk beleid aangemerkt als een ‘gebied met urgentie om verdere opwarming te voorkomen’ In de uitspraak van 1 mei 2019 (ECLI:NL:RVS:2019:1424) van de Raad van State over een bestemmingsplan voor 19 woningen op een inbreidingslocatie in Arnhem, haken omwonenden hierop aan. Zij zijn vooral bezorgd om een beeldbepalende boom midden in het plangebied en voeren aan dat het snoeien van die boom in strijd is met het gemeentelijke beleid om meer hittestress te voorkomen en dat juist extra  bomen moeten worden geplant.

De Raad van State geeft de omwonenden ongelijk. Het gemeentebeleid verbiedt namelijk niet om op deze ‘hotspot’ bomen te snoeien en het beleid noemt nog verschillende andere maatregelen (zoals groene daken) waaraan het bestemmingsplan niet in de weg staat.

De gemeente Arnhem is er vroeg bij geweest met haar beleid voor ‘hitte-urgentiegebieden’. In de Structuurvisie 2020-2030 uit 2012 (!) heeft zij verschillende gebieden als hittestress-gevoelig aangewezen én maatregelen genoemd om deze hitteplekken tegen te gaan. In de plantoelichting is hieraan onder kopje ‘stadsklimaat’ ook aandacht besteed. Voor de Raad van State was in dit geval daarmee voldoende duidelijk dat het snoeien van de beeldbepalende boom niet in de weg staat aan het tegengaan van hittestress in het plangebied.

Voorwaardelijke verplichting hittestressmaatregelen?

Interessant is nog de volgende passage in de plantoelichting: “De gemeente Arnhem streeft bij gebiedsontwikkelingen in de oranje gebieden naar anticiperende maatregelen om het stadsklimaat ter plekke te verbeteren. Het stadsbestuur heeft deze ambitie aangescherpt (coalitieakkoord 2014-2019) door te bepalen dat hitteplekken moeten worden bestreden door een effectieve inzet van groen op daken en gevels van gebouwen maar ook op de grond als (bv) bomen.” Hadden de omwonenden niet moeten vragen om planregels die hitteplekken tegengaan?

Zeker nu klimaatverandering prominent in het nieuws is en de stresstests in de gemeenten meer bekend raken, lijkt het verstandig om het voorbeeld van de gemeente Arnhem te volgen en in de plantoelichting laten zien dat is nagedacht over dit nieuwe ruimtelijke fenomeen. Daarbij zal ook moeten worden afgewogen of een voorwaardelijke verplichting nodig is.

Heb je vragen over gasloos bouwen, de energietransitie en klimaatadapatie? Neem dan contact met mij op.