• Home |
  • Kennis |
  • Toezicht. Vordering inzage zakelijke gegevens en bescheiden. Toezichthouder bevoegd inzage slagboomgegevens chaletpark te vorderen. (Gst. 2021/118)

Toezicht. Vordering inzage zakelijke gegevens en bescheiden. Toezichthouder bevoegd inzage slagboomgegevens chaletpark te vorderen. (Gst. 2021/118)

Afbeelding voor Toezicht. Vordering inzage zakelijke gegevens en bescheiden. Toezichthouder bevoegd inzage slagboomgegevens chaletpark te vorderen. (Gst. 2021/118)

Naar het oordeel van de Afdeling heeft de rechtbank terecht geoordeeld dat de toezichthouder bevoegd was om met toepassing van artikel 5:17 van de Awb inzage te vorderen van de slagboomgegevens van het chaletpark. De slagboom regelt de toegang tot het chaletpark en het beheer daarvan is door de vereniging van eigenaren ondergebracht bij een beheerder. De slagboom is bedoeld voor de veiligheid op het chaletpark, waarop ook recreatiewoningen staan die worden verhuurd, en de slagboom strekt in zoverre ten dienste van het maatschappelijk verkeer. Dat van het gebruik van de slagboom onverplicht en automatisch een registratie wordt bijgehouden, betekent niet dat deze registratie niet onder het bereik van artikel 5:17 van de Awb kan vallen. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen in haar uitspraak van 23 december 2015, ECLI:NL:RVS:2015:3938, betekent het beschikken over gegevens, hoewel een wettelijke verplichting daartoe ontbreekt, niet dat dit geen zakelijke gegevens of bescheiden als bedoeld in artikel 5:17 van de Awb kunnen zijn.

Vervolgens heeft de rechtbank ook terecht overwogen dat het college met de slagboomgegevens in combinatie met de bevindingen van de toezichthouders op zichzelf aannemelijk heeft gemaakt dat appellant de permanente bewoning van de recreatiewoning niet voor 1 januari 2018 heeft beƫindigd en beƫindigd heeft gehouden. Uit de slagboomgegevens volgt dat de houder van de toegangspas van appellant vrijwel elke dag op het recreatiepark is teruggekeerd. Daarnaast staat in de rapporten van achtereenvolgende controles dat de toezichthouder appellant op 22 februari 2018, 9 maart 2018, 28 maart 2018, 12 april 2018, 24 april 2018, 8 mei 2018 en 22 mei 2018 in de recreatiewoning heeft gezien. In het betoog van appellant ziet de Afdeling geen aanknopingspunten voor het oordeel dat de rechtbank heeft miskend dat het college deze rapporten niet aan zijn besluit ten grondslag heeft mogen leggen. Daarvoor is van belang de bezwaren van appellant geen betrekking hebben op deze specifieke rapporten.

ABRvS 14 juli 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1514