Vijf veelvoorkomende valkuilen bij de legitieme portie

De legitieme portie. Je kunt er van alles van vinden, maar het is nu eenmaal een wettelijk recht. Uit recent onderzoek is gebleken dat de legitieme portie nog steeds kan rekenen op een breed draagvlak. Meer weten over de legitieme portie? Luister dan onze podcast aflevering ‘De legitieme portie: wat is het en hoe werkt het?’
Onze praktijkervaring is dat lang niet iedereen de legitieme portie op de juiste wijze berekent, ook juristen niet. Het blijft dan ook een ingewikkeld onderwerp met vele haken en ogen. Hierna bespreken we vijf veelvoorkomende valkuilen die wij zien bij de (berekening van) legitieme porties.
1. Het breukdeel wordt niet juist bepaald
De legitieme portie is een vordering in geld, en wordt in de basis berekend als een (breuk)deel van de nalatenschap. Bij het bepalen van het breukdeel moet je uitgaan van de (fictieve) situatie waarin de erflater geen testament heeft gemaakt. De wet bepaalt dan wie de erfgenamen zijn: de echtgenoot (indien aanwezig) en de kinderen van de erflater. Het breukdeel is dan het aantal kinderen dat de erflater heeft achtergelaten + de eventuele echtgenoot, keer 1/2e .
Voorbeeld: A overlijdt. Hij is getrouwd met B en heeft vier kinderen. Kind C is onterfd. Het breukdeel voor de legitieme portie van C is dan 1/10e. Er zijn namelijk vier kinderen en één echtgenoot (5 personen): 1/5e x 1/2e = 1/10e.
Soms gaat het al mis bij het bepalen van dit zogenoemde ‘legitimair breukdeel’. Er wordt vaak vergeten dat ook de (onterfde) echtgenoot van de overledene meetelt voor de berekening van het breukdeel. Ook als een kind al eerder is overleden dan de erflater, én dit kind zelf ook afstammelingen heeft, dan telt dit kind mee bij de berekening.
Overleden echtgenoten, ex-echtgenoten, ‘samenwoonpartners’ met of zonder een samenlevingscontract en stiefkinderen doen juist níet mee bij de berekening van het breukdeel.
Tip: maak een stamboom om het gezin goed in kaart te brengen.
2. Er is onvoldoende oog voor de huwelijkse voorwaarden of het samenlevingscontract
Bij het berekenen van de legitieme portie is de omvang van de nalatenschap van belang. Vaak is er ten onrechte geen of onvoldoende aandacht voor het huwelijksvermogensrecht. Huwelijkse voorwaarden of een samenlevingscontract kunnen tot gevolg hebben dat de achterblijvende echtgenoot of partner recht heeft op een deel van het vermogen. Dat vermogen valt dan mogelijk niet in de nalatenschap en telt dan niet mee in de berekening van de legitieme portie.
Je moet eerst nagaan of sprake is van een gemeenschap van goederen, huwelijkse voorwaarden of een samenlevingscontract. Als er sprake was van een gemeenschap van goederen, dan is van belang of de echtgenoten of geregistreerd partners voor of na 1 januari 2018 met elkaar zijn gehuwd. Dat bepaalt namelijk of er een algehele of een beperkte gemeenschap van goederen is.
Er kunnen ook huwelijkse voorwaarden zijn met een verrekenbeding of er kan sprake zijn van vergoedingsrechten. Die verrekenbedingen of vergoedingsrechten zijn mogelijk schulden van de nalatenschap van erflater, waardoor de legitieme portie lager (of juist hoger) kan uitvallen. Ook op grond van een samenlevingscontract kunnen vergoedingsrechten ontstaan, of kan er bijvoorbeeld sprake zijn van een verblijvensbeding waardoor de nalatenschap (en dus de legitieme portie) kleiner of groter wordt.
Tip: begin bij de berekening steeds eerst met het huwelijksvermogensrecht, voor zover dat van toepassing is.
3. Er is onvoldoende zicht op lopende termijnen (ook fiscaal)
In het erfrecht lopen vele termijnen en dat is ook het geval bij de legitieme portie. Afhankelijk aan welke kant je staat (legitimaris of juist niet) heb je er belang bij om je op bepaalde termijnen te beroepen. Het laten verstrijken van termijnen heeft meestal consequenties, die soms vergaand zijn.
Hieronder enkele belangrijke termijnen die betrekking hebben op de legitieme portie:
- Je moet binnen 5 jaar na overlijden een beroep doen op de legitieme portie
Daarna vervalt het recht op de legitieme portie. - Verkorting van de termijn door een erfgenaam, executeur of vereffenaar Je kunt een termijn stellen aan de legitimaris om de termijn van 5 jaar te verkorten. In rechtspraak wordt een termijn van 3 maanden redelijk gevonden. Als je die termijn laat verstrijken, vervalt het recht op de legitieme portie. Als eenmaal tijdig een beroep is gedaan dan verjaart de legitieme portie pas na 20 jaar.
- Je moet binnen 8 maanden na overlijden aangifte erfbelasting doen
De executeur, vereffenaar, en/of erfgenamen zijn verplicht om voor de legitimaris aangifte erfbelasting te doen. Als die aangifte te laat wordt gedaan, dan leidt dat mogelijk tot belastingrente en/of boetes. - Je moet binnen drie maanden na overlijden een inferieure erfstelling of legaat verwerpen
Een inferieure erfstelling of legaat houdt in dat het erfdeel of legaat belast is met een bepaalde voorwaarde of bijvoorbeeld een bewind. Zo’n erfdeel of legaat komt in beginsel mindering op de legitieme portie, tenzij de legitimaris dat erfdeel of legaat binnen drie maanden na het overlijden verwerpt. Deze termijn kan nog worden verlengd door de rechter. Het voert voor deze blog wat ver om precies uit te leggen hoe dit werkt, maar houd in gedachten dat deze termijn dus erg kort is. Als je twijfelt of sprake is van een inferieur erfdeel of legaat is het verstandig om op tijd advies in te winnen van een jurist.
Tip: agendeer deze termijnen goed.
4. Men is onvoldoende kritisch op giften
Giften doen in principe mee voor de berekening van de omvang van de legitieme portie, maar niet alle giften tellen mee. Wij zien echter dat vaak te snel wordt aangenomen dat iets een gift is.
Helmy Schellens schreef al in haar blog over ‘Het onterfde kind en zijn legitieme portie’ dat giften de achilleshiel zijn van de legitieme portie. In veel praktijkgevallen zien we dan ook dat giften vaak een bron zijn van discussies, ook bij een aanvullend beroep op de legitieme portie door kinderen die wel erfgenaam zijn.
Of iets een gift is, moet blijken uit de feiten. Een overboeking zonder bijschrift hoeft niet per se een gift te zijn, maar kan in de gegeven omstandigheden ook mogelijk een geldlening zijn.
Giften hoeven niet te bestaan uit het geven van geld (overboekingen of contant) maar kunnen bijvoorbeeld ook bestaan uit verkoop van een huis voor een te lage prijs. De Hoge Raad heeft inmiddels beslist dat giften ook kunnen liggen in een samenstel van meerdere (rechts)handelingen. Het kan voor de legitimaris dus lonen om kritisch te zijn op transacties die tijdens het leven van de erflater hebben plaatsgevonden.
Anderzijds bepaalt de wet dat onder andere giften die gebruikelijk en niet-bovenmatig waren, niet meetellen bij de berekening van de legitieme portie.
Of er sprake is van een gebruikelijke en niet-bovenmatige gift, moet je van geval tot geval bekijken. Daarbij speelt ook de (financiële) positie van de erflater een rol. Als er sprake is van een schenkingstraditie bij de overledene, kan het dus zijn dat die schenkingen niet meedoen bij de berekening van de legitieme portie.
Tip: wees kritisch, doe onderzoek naar feiten en de financiële situatie van erflater en beperk je niet tot alleen banktransacties.
5. Men doet onterecht moeilijk over het verstrekken van informatie
In de wet staat dat de legitimaris recht heeft op alle informatie en inlichtingen die hij nodig heeft om zijn legitieme portie te kunnen bepalen. Hij moet ook de juistheid van de verstrekte informatie kunnen controleren. Desondanks merken we dat de executeur, vereffenaar of de erfgenamen vaak moeilijk doen over het verstrekken van deze informatie. In de meeste gevallen is dat onterecht en leidt dit juist tot verharding van de discussie.
Als erfrechtadvocaten adviseren we onze cliënten daarom meestal om proactief open kaart te spelen en om de legitimaris alle beschikbare informatie te geven die hij nodig heeft om zijn legitieme portie zelfstandig te kunnen berekenen, dan wel te controleren.
Dat ‘open kaart spelen’ heeft echter wel een grens. Soms heeft een legitimaris een onstilbare honger naar informatie en blijven de vragen zich opstapelen, tot vervelens toe. Dat wordt meestal gevoed door allerlei aannames en vermoedens bij de legitimaris. De executeur, vereffenaar en erfgenamen hoeven niet (meer) aan informatieverzoeken te voldoen voor zover die lijken op een “fishing expedition”.
Tip: doe niet moeilijk over het verstrekken van informatie, zolang die verzoeken redelijk zijn en een doel dienen.
Conclusie
Het terrein van de legitieme portie ligt verspreid met vele voetangels, waarvan de hiervoor genoemde onderwerpen er enkele zijn. Heb je behoefte aan overleg of kom je er niet meer uit? Neem tijdig contact met ons op. We helpen je graag.
Stel je vragen aan onze specialisten
“Neem contact met mij op en ontvang antwoord op jouw vragen. Ik ben bereikbaar per mail of telefoon.”